Logo
  • Nieuws
  • 24 maart 2014
  • Lianne Bouman

Vaststellingsovereenkomst aangevuld met bedenktijd

Binnen de Wet werk en zekerheid blijft de vaststellingsovereenkomst (ook wel ‘ontslag met wederzijds goedvinden’ genoemd) gehandhaafd. Er wordt echter aanvullend een 'bedenktijd' ingevoerd van twee weken. Het recht op bedenktijd van twee weken gaat per 1 juli 2015 in.

Beeld Vaststellingsovereenkomst aangevuld met bedenktijd

Bij ontslag met wederzijds goedvinden gaan werkgever en werknemer in onderling overleg uit elkaar. Als deze aan bepaalde voorwaarden voldoet, komt de WW-uitkering van de werknemer in principe niet in gevaar. Op dit moment staat de overeenkomst vast op het moment van ondertekenen. De werkgever hoeft geen toestemming aan UWV te vragen om de werknemer te mogen ontslaan. Ook hoeft de werkgever bij de kantonrechter niet om ontbinding van de arbeidsovereenkomst te vragen.

Nieuwe ontslagrecht

Als het nieuwe ontslagrecht is ingegaan is de vaststellingsovereenkomst niet langer een feit op het moment van ondertekening: de werknemer heeft straks twee weken bedenktijd. In die periode mag hij zonder opgaaf van reden de vaststellingsovereenkomst (schriftelijk) weer opzeggen. Bijvoorbeeld om een nieuwe onderhandelingsronde te starten. Dit recht heeft de werknemer eenmalig.

Als opnieuw onderhandeld gaat worden en de werknemer gaat dan akkoord, dan is hij gebonden aan de afspraken. Als de werknemer de vaststellingsovereenkomst binnen de termijn van twee weken opzegt, blijft de arbeidsovereenkomst voortduren, totdat een nieuwe vaststellingsovereenkomst is gesloten én onherroepelijk is geworden.

In de vaststellingsovereenkomst wordt vaak een vergoeding afgesproken. Die mag hoger of lager zijn dan de transitievergoeding (75.000 euro) waar elke werknemer recht op krijgt als het dienstverband minstens twee heeft geduurd.

Plicht werkgever

  1. U moet straks binnen twee werkdagen na het tekenen van de vaststellingsovereenkomst de werknemer wijzen op de bedenktermijn van twee weken. U kunt de bedenktermijn eventueel opnemen in de vaststellingsovereenkomst.
  2. Als er geen vaststellingsovereenkomst wordt gesloten (dit is overigens zeer onverstandig), maar de werknemer wel schriftelijk instemt met de opzegging, moet u hem ook wijzen op de bedenktijd.
  3. Bij het niet binnen twee werkdagen wijzen op de bedenktijd, wordt de bedenktijd met een week verlengd naar drie weken.

Let op

Als de werknemer terugkomt op zijn instemming, vervallen de afspraken in de vaststellingsovereenkomst.

Tip

Lees het bericht Verplichte aanzegtermijn tijdelijke contracten, dat de aandacht vestigt op de invoering van het aanzegtermijn tijdelijke contracten langer dan zes maanden. Die maatregel gaat al op 1 juli 2014 in.

Let op

Zowel de bedenktijd als het aanzegtermijn moeten nog door de Eerste Kamer worden goedgekeurd.

 

 

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.