Logo
  • Blog
  • 31 juli 2017

5 tips bij uw afweging voor eigenrisicodragerschap

Moet ik ook eigenrisicodrager worden voor de Ziektewet en WGA? Het verbaast mij niets dat ik deze vraag steeds vaker krijg. Werkgevers horen van alle kanten dat eigenrisicodragerschap (ERD) dé manier is om de kosten van arbeidsongeschiktheid en verzuim te beperken. Die kosten stijgen razendsnel. Werkgevers zijn er op dit moment gemiddeld zo’n 6% van hun loonsom aan kwijt.

Toch komt de vraag meestal te vroeg. Wat u eerst moet hebben, is een heldere visie op verzuim en arbeidsongeschiktheid in bredere zin: wat voor relatie heeft u als werkgever met uw werknemers? Welke rol wilt u hebben ten aanzien van hun ontwikkeling en gezondheid? En vervolgens: hoe ziet voor uw bedrijf de hele keten van duurzame inzetbaarheid naar verzuim en arbeidsongeschiktheid eruit? Pas als dit totaalbeeld helder is, kunt u door naar de vraag of ERD een passende optie voor u is.

De volgende vijf tips kunnen u bij uw afweging helpen:

  1. Focus op duurzame inzetbaarheid
    Verzuim kost u als werkgever per definitie veel geld, of u nu eigenrisicodrager of bij het UWV verzekerd bent. Begin daarom altijd met effectief duurzaam inzetbaarheidsbeleid en zet dat beleid ook om in concrete maatregelen. Eigenrisicodrager worden zonder aandacht voor duurzame inzetbaarheid is als dweilen met de kraan open.
     
  2. Vergelijk meerdere opties
    Veel werkgevers zien de afweging voor ERD puur als een keuze tussen het UWV en een conventionele verzekeraar, maar er is meer. Denk bijvoorbeeld aan een zogenaamde captive constructie. Steeds meer grote werkgevers kiezen voor deze oplossing. U kunt ook het risico zelf dragen en alleen een garantieverklaring voor de Belastingdienst ‘inkopen’.
     
  3. Weet wat ERD van u verlangt
    De keuze tussen een publieke of private verzekering tegen verzuim lijkt bij uitstek een afweging van kosten en baten: wat betaal ik bij het UWV en wat betaal ik als eigenrisicodrager? Bedenk goed dat ERD meer van u verlangt, zoals re-integratiebeleid, afspraken met de arbodienst (of een andere dienstverlener) in het kader van re-integratiebegeleiding, maar ook jaarlijks contact houden met een werknemer die bij u uit dienst gaat. Heeft u de kennis en capaciteit om dit allemaal zelf te doen, of heeft u daarbij ondersteuning nodig? En zo ja, wat gaat dat kosten?
     
  4. Blijf niet switchen
    Veel werkgevers zijn onrustig sinds de Wet verbetering hybride markt WGA geldt. Dat is niet altijd nodig. Bent u in het verleden eigenrisicodrager geweest en vóór 1 juli 2015 teruggekeerd naar het UWV? Dan is de kans klein dat ERD voor u de komende jaren financieel voordelig is. Mijn advies: blijf bij het UWV en maak (extra) werk van duurzame inzetbaarheid om uw WGA-instroom te beperken. Check daarnaast jaarlijks kort wat u bij het UWV gaat betalen en wat het eigenrisicodragerschap ongeveer kost. Blijf ook het UWV kort op de huid zitten, bijvoorbeeld door bezwaar te maken tegen een keuring.
     
  5. UWV is niet verkeerd voor kleine(re) mkb’ers
    Bent u een kleine(re) mkb’er (tot ca. 50 werknemers), dan bent u doorgaans prima af bij het UWV: de premie is niet al te hoog, de administratieve verplichtingen zijn beperkt en het UWV neemt u veel werk uit handen. Heeft u een verzekering voor ‘gewoon’ ziekteverzuim, dan kan het alsnog aantrekkelijk zijn om ook een Ziektewet- en WGA-verzekering te nemen. Kies voor één partij die zowel verzuim, de Ziektewet als WGA voor u oppakt én die u kunt aanspreken op zijn prestaties. Heeft u WGA-instroom gehad? Houd dan bij het UWV rekening met een hogere premie. Bij een overstap naar een private verzekeraar laat u die lasten achter waardoor ERD financieel voordelig kan zijn. Laat u adviseren wat voor u de verstandigste keuze is.

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.