Logo
  • Blog
  • 24 mei 2018

Drugsgebruik tijdens bedrijfsuitje rechtvaardigt functiewijziging

Een werknemer met een leidinggevende functie in de hotelbranche wordt aangesproken op het snuiven van cocaïne in de bus tijdens de terugreis van een bedrijfsuitje. Tijdens een gesprek wordt de werknemer medegedeeld dat hij wordt teruggezet naar een lagere functie en wordt het salaris verlaagd met EUR 100,00 (bruto). De werknemer kan niet instemmen met de maatregel en start een kort geding.

In de arbeidsovereenkomst van de werknemer worden gedragsregels ter aanvulling op de arbeidsovereenkomst van toepassing verklaard. In de arbeidsovereenkomst is onder andere een eenzijdig wijzigingsbeding opgenomen. “Werkgever mag de arbeidsovereenkomst eenzijdig wijzigen indien zij bij de wijziging een zodanig zwaarwichtig belang heeft. Het belang van de werknemer, dat door wijziging zou kunnen worden geschaad zal naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid dan moeten wijken”.

In de Gedragsregels is bepaald dat tijdens werktijd geen drugs of alcohol gebruikt mag worden. Overtreding van de regels kan leiden tot schorsing of ontslag en bij zware overtreding zelfs tot ontslag op staande voet. Mocht privégebruik van alcohol of drugs effect hebben op de arbeidsverhouding dan kan dat ook leiden tot schorsing of ontslag (op staande voet). In het Huishoudelijk Reglement staat ook dat alcohol en drugs tijdens het werk verboden zijn.

De kantonrechter is van oordeel dat de werknemer met het drugsgebruik een duidelijke grens heeft overschreden terwijl ook zijn gezag als leidinggevende ernstig in het geding is gekomen zodat hij (voorlopig) niet als leidinggevende kan terugkeren. Hoewel het bedrijfsuitje niet onder werktijd plaatsvond hield het wel verband met het werk. Het gebrek aan vertrouwen bij de werkgever heeft de werknemer vergroot door zijn fout in eerste instantie niet te erkennen. Bij het treffen van de maatregel heeft de werkgever voldoende rekening gehouden met de wederzijdse belangen. Mocht de werkgever eerder op de hoogte zijn geweest van het incident dan zou een ontslag op staande voet zijn gevolgd. De werknemer is niet alleen een laatste kans geboden maar heeft bij goed functioneren zelfs de mogelijkheid om naar de oude functie terug te keren. De kantonrechter oordeelt dan ook dat sprake is van goed werkgeverschap in de zin van art. 7:611 BW.

Tip: Alcohol- en drugsgebruik op de werkvloer kan ook aanleiding zijn voor een gerechtvaardigde (tijdelijke) functieverlaging in plaats van ontslag op staande voet.

Bron: Rechtbank Rotterdam, sector kanton, kort geding, 13 juli 2017.

 

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.