Logo
  • Blog
  • 21 november 2017

Bagateldelict; wegnemen vier planten geen ontslag op staande voet

Een werknemer in dienst op grond van de Wet Sociale Werkvoorzieningen (WSW) neemt na afloop van de werktijd zonder toestemming en zonder te betalen vier kleine plantjes mee van een tuincentrum. De gedragingen zijn geconstateerd op geregistreerde camerabeelden. De werkgever deelt aan de werknemer eerst de verdenking mede, waarop de werknemer hangende het onderzoek wordt geschorst. Een dag later vindt een persoonlijk gesprek plaats en wordt de werknemer op staande voet ontslagen.

De werkgever ziet het meenemen van de plantjes als diefstal en daarom een dringende reden voor een ontslag staande voet. De werknemer is het daar niet mee eens en wendt zich tot de rechter. Bij de beoordeling of van een ontslag op staande voet situatie sprake is moeten in aanmerking worden genomen de omstandigheden van het geval, in onderling verband en samenhang, waaronder begrepen de persoonlijk omstandigheden van de werknemer. De werknemer stelt dat hij onder invloed van een psychose heeft gehandeld; hij hoorde stemmen in zijn hoofd die hem daartoe opdracht gaven. De rechter oordeelt dat de werknemer dat voldoende aannemelijk heeft gemaakt. De rechter is van mening dat de werkgever gezien de bekendheid met de psychose van de werknemer en de WSW-indicatie, door de bedrijfsarts nader (medisch) onderzoek had moeten laten verrichten. Met het enkele gesprek tussen werkgever en werknemer waarin het ontslag op staande voet is gegeven, is onvoldoende onderzoek naar de persoonlijke omstandigheden verricht. Bovendien zijn de belangen van de werknemer bij het behoud van zijn WSW-indicatie onvoldoende betrokken.

De rechter beslist dan ook dat er geen dringende reden is voor een ontslag op staande voet, zodat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is opgezegd.

Tip: Het zonder toestemming en zonder betaling meenemen van zaken van geringe waarde is diefstal en rechtvaardigt een ontslag op staande voet. Persoonlijke omstandigheden kunnen echter aanleiding zijn dat de werknemer geen verwijt treft van zijn handelswijze. Een gesprek en eventueel aanvullend (medisch) onderzoek kan daar duidelijkheid in scheppen.

Bron: Rechtbank Gelderland, sector kanton, loc. Arnhem, 16 oktober 2017, ECLI:NL:RBGEL:2017:5707

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.