Het Haagse hof neemt voortaan de kantonrechtersformule verminderd met 30 procent als uitgangspunt bij 'kennelijk onredelijk' ontslagzaken. Wanneer is een ontslag kennelijk onredelijk?
Morren aan het ontslagstelsel. De spanningen liepen er vorig jaar nog hoog over op tussen de coalitiepartners. De Kring van Kantonrechters kwam onlangs met een ‘update’ van de alomtegenwoordige kantonrechtersformule. Hoewel er nog geen praktijkervaring mee is opgedaan, lijkt de aanpassing verstrekkende gevolgen te hebben voor werkgevers en werknemers.
Als de werkgever de CWI-procedure volgt, krijgt hij te maken met de regels en criteria die in het Ontslagbesluit zijn neergelegd. Het ontslag wegens bedrijfseconomische redenen is geregeld in artikel 4:1 tot en met 4:4 van het Ontslagbesluit.
Bij een vrijwillige vertrekregeling of onverwijtbaar ontslag, bijvoorbeeld bij een reorganisatie waardoor werknemers boventallig worden verklaard, kan de werkgever ervoor kiezen om een outplacementprocedure in gang te zetten. Outplacement heeft tot doel dat de vertrekkende werknemer een nieuwe werkkring vindt. De kosten van outplacement komen over het algemeen voor rekening van de werkgever.
Ontslagen wegens bedrijfseconomische redenen zijn momenteel (helaas) schering en inslag. De diverse routes die tot een dergelijk ontslag kunnen leiden worden allen gebruikt. De UWV-procedure, de beëindiging met wederzijds goedvinden of de inhoudelijke ontbindingsprocedure bij de kantonrechter.
Het nieuwe regeerakkoord van de VVD en de PvdA met als titel "Bruggen slaan" is op 29 oktober jl. gepubliceerd en heeft grote gevolgen voor het ontslagrecht in Nederland. Wij informeren u over de belangrijkste wijzigingen.
Advocaten hebben forse kritiek op de manier waarop het kabinet-Rutte II het ontslagrecht wil wijzigen. De plannen van het nieuwe kabinet zijn ondoordacht en onverstandig. Dat stelt de Vereniging Arbeidsrecht Advocaten Nederland (VAAN) in een reactie op de plannen met betrekking tot het ontslagrecht.
Met een goede begeleiding kunnen Wajongers met autisme blijven werken. Voorwaarde is wel dat de werkgever en collega’s bekend zijn met autisme.
De werknemer was vanaf 1 november 1993 in dienst bij een werkgeefster, die een automatenhal/winkel exploiteerde. Enkele dagen voor de verkoop van de automatenhal (per 1 mei 2011) door werkgeefster, heeft zij de werknemer een vaststellingsovereenkomst laten tekenen waardoor de arbeidsovereenkomst met wederzijds goedvinden eindigde per 30 april 2011.
Wanneer een werkgever en werknemer in gesprek zijn over het einde van de arbeidsovereenkomst, komt het voor dat partijen verschillen van mening over het moment waarop overeenstemming is bereikt.
Wat doe je als een medewerker niet goed functioneert en welke vormen van verlof zijn er? Wil je je kennis up-to-date houden? Volg deze training en leer in twee ochtenden alle ins en outs over arbeidsrecht in de dagelijkse HR-praktijk.