Ontslag op staande voet en dringende redenen
Om ontslag op staande voet geldig te laten zijn, dient het ontslag gebaseerd te zijn op een dringende reden. Het gaat dan om daden, eigenschappen of gedragingen waardoor van de werkgever niet gevergd kan worden dat de arbeidsovereenkomst langer voortduurt. Een ontslag op staande voet dient direct of in ieder geval zo snel mogelijk na constatering van de dringende reden gegeven te worden. Bij het ontslag moet worden aangegeven wat de dringende reden is. Maar wat gebeurt er als bij het mondeling gegeven ontslag op staande voet andere redenen zijn genoemd dan opgenomen in de schriftelijke ontslagbevestiging?
De rechtbank Utrecht heeft aangegeven dat de dringende redenen gegeven bij het ontslag op staande voet niet later aangevuld of gewijzigd kunnen worden. In deze zaak was de werknemer op staande voet ontslagen omdat hij met betrekking tot een bepaalde klant niet de juiste stand van zaken had doorgegeven. Dit betrof het onjuist rapporteren, het vermelden van verzonnen uitspraken in zijn agenda en het laten maken van offertes.
In de schriftelijke ontslagbevestiging aan de werknemer werd de dringende reden breder toegepast op alle klanten. De werknemer zou wat betreft meerdere klanten onjuiste mededelingen hebben gedaan en verzonnen informatie in agenda en systemen hebben gezet. Daarnaast zou de werknemer ook voortgangsrapportages hebben vervalst. In deze ontslagbevestiging is de dringende reden dus aangevuld en zijn er zelfs nieuwe dringende redenen aangevoerd.
De rechtbank Utrecht weigerde bij de beoordeling van de geldigheid van het ontslag op staande voet de nieuw aangevoerde redenen mee te nemen in de beoordeling. Om een ontslag op staande voet staande te kunnen houden, is het van belang dit direct zo juist en volledig mogelijk te doen bij het aangeven van de dringende reden waarom een werknemer op staande voet wordt ontslagen. Het later aanvullen en/of wijzigen van de dringende reden is niet mogelijk.
Rechtbank Utrecht, 8 juni 2011, LJN: BQ7980
