Het is een opvallende uitkomst. Bijna de helft van de Nederlandse kenniswerkers denkt dat oudere collega’s langzamer technologie omarmen dan de jongere medewerker, maar dit is dus niet het geval. Oudere werknemers blijken zelfs met méér technologische middelen te werken en voelen zich er ook meer mee op hun gemak dan de jongere generaties.

Stress bij jongeren

Uit het onderzoek blijkt dan ook dat 55-plussers gemiddeld vijf vormen van technologie per week gebruiken, tegenover een gemiddelde van vier soorten in heel Nederland. Ook blijkt dat oudere werknemers minder problemen ervaren bij het gebruik van meerdere devices. Slechts 5 procent van hen geeft aan hier problemen mee te hebben, ten opzichte van 11 procent van de 18- tot 34-jarigen. 55-plussers geven daarbij aan het gebruik van technologie niet stressvol te vinden.

Chris Moojen van Dropbox legt uit: “Jongeren lijken te verwachten dat de oplossingen die hun bedrijf biedt, net zo eenvoudig in gebruik zijn als de consumenten-devices die ze al gewend zijn. Wanneer dit niet het geval is, moeten zij meer moeite doen om de techniek alsnog tot zich te nemen. Dat levert stress op. De oudere generatie lijkt daar makkelijker mee om te kunnen gaan.”

Thuiswerken scoort hier laag

De toename van technologie op de werkplek verandert overigens de totale manier van werken. Van de respondenten ervaart 65 procent een bepaalde mate van deze flexibiliteit in zijn werk. 40 procent van de ondervraagden kan zelf zijn werktijden bepalen en ruim de helft kan zo nu en dan vanuit huis of een andere locatie dan kantoor werken.

Opvallend is dat in tegenstelling tot in andere landen waar het onderzoek is uitgezet, in Nederland slechts 10 procent fulltime vanuit huis of een andere plek dan kantoor werkt. Dit tegenover 27 procent in de UK, 20 procent in Duitsland en 15 procent in Frankrijk. Of dat op korte termijn verandert is de vraag. Nederlanders werken graag flexibel, maar willen of kunnen dat niet nog niet fulltime buiten het kantoor.