Naar de letter van de wet zou deze vraag ontkennend moeten worden beantwoord. Immers artikel 7:652 lid 2 BW bepaalt dat de proeftijd schriftelijk dient te worden overeengekomen. Nu de werknemer de arbeidsovereenkomst niet heeft ondertekend is daaraan niet voldaan; of toch wel?

 

De kantonrechter te Zwolle oordeelde voorlopig - het betrof een kort geding en geen bodemprocedure - dat de werknemer geen beroep kon doen op het feit dat de arbeidsovereenkomst niet getekend was. Daarvoor achtte de kantonrechter van belang dat de werknemer geen bezwaren had geuit tegen het proeftijdbeding toen de werkgever het eerste concept van de arbeidsovereenkomst had toegezonden.

Daarentegen had de werknemer per e-mail wel bezwaren geuit ten aanzien van twee andere punten, namelijk de functieomschrijving en het salaris. Nadat de werkgever de arbeidsovereenkomst op die punten had aangepast en voor een tweede maal had toegezonden, had de werknemer geen bezwaren meer geuit. Onder deze omstandigheden meent de kantonrechter dat een beroep op de ontbrekende gebondenheid aan het proeftijdbeding wegens het niet ondertekend hebben van het door de werkgever opgestelde arbeidsovereenkomst geen stand zal houden.

 

Tip: Een proeftijdbeding heeft als doel dat werkgever en werknemer de gelegenheid krijgen wederzijds met elkaar ervaring op te doen voordat ze definitief met elkaar in zee gaan. Zolang de proeftijd loopt kunnen beide partijen het dienstverband met onmiddellijke ingang verbreken. Het is niet verplicht een reden voor de beëindiging te noemen.

 

Kantonrechter Zwolle 21 augustus 2009 LJN: BK0852