Logo
  • Nieuws
  • 24 maart 2009
  • Bert Bakhuis

Dwaling bij totstandkoming beëindigingsovereenkomst

Werkgever en werknemer komen beëindigingsovereenkomst overeen omdat de werkgever stelt dat zijn activiteiten per omgaande zullen staken. Wanneer dit achteraf niet het geval blijkt te zijn, vernietigt de werknemer de beëindigingsovereenkomst op grond van bedrog en/of dwaling en vordert doorbetaling van zijn loon.

Beeld Dwaling bij totstandkoming beëindigingsovereenkomst

De werknemer is op 1 mei 2007 in dienst getreden. Op 26 juni 2008 ondertekenen partijen een overeenkomst tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst per 1 juli 2008. De reden is dat directie, aandeelhouders en financiers wegens aanhoudende, structurele verliezen en tegenvallende verkoopresultaten hebben besloten de activiteiten per ommegaande te staken. De werkgever geeft de werknemer een vergoeding mee van een half maandsalaris.

 

Bedrog en/of dwaling

Wanneer achteraf blijkt dat de activiteiten van de onderneming gewoon worden doorgezet, vernietigt de werknemer per brief de beëindigingsovereenkomst op grond van bedrog en/of dwaling. Per 1 november 2008 heeft de werknemer een nieuwe baan.  De werknemer vordert in voorlopige voorziening doorbetaling van zijn loon over de periode van 1 juli 2008 tot 1 november 2008.

 

Tijdens de kort geding-zitting stelt de werkgever dat de werknemer had moeten begrijpen dat een bedrijf niet onmiddellijk stilgelegd kan worden, maar dat de activiteiten moeten worden afgebouwd. De kantonrechter acht deze weerlegging niet steekhoudend. In de beëindigingsovereenkomst staat immers ondubbelzinnig dat er sprake is van een directe beëindiging van de activiteiten. De kantonrechter neemt derhalve aan dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen niet is geëindigd op 1 juli 2008, maar is doorgelopen tot 1 november 2008 en wijst de vordering van de werknemer toe.

 

Let op

De beëindiging in onderling overleg is gemakkelijk, eenvoudig en goedkoop, maar brengt voor de werknemer nadelen met zich mee. Zo zal deze in de regel geen WW-uitkering ontvangen als het initiatief van hem is uitgegaan. De rechtspraak stelt daarom hoge eisen aan de beëindigingsovereenkomst.

 

Kantonrechter Lelystad, 12 december 2008, JAR 2009/48

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.