"Bonden en werkgevers zullen samen moeten werken aan een goed, stabiel en generatiebestendig pensioen. Wij moeten en kunnen niet wachten op een nieuw kabinet," meent Jongerius.

 

Nu het kabinet is gevallen ziet zij nieuwe kansen. De verhoging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar staat op losse schroeven. Jongerius hield opnieuw een pleidooi voor een flexibele AOW tussen 65 en 70 jaar: een toekomstbestendige AOW, zodat het wegsmelten van de bruto-AOW wordt gestopt door de AOW te koppelen aan de verdiende lonen.

 

Aanvullend pensioen

Jongerius ziet ook nieuwe kansen voor het zelf opgebouwde aanvullend pensioen (de tweede peiler). Volgens haar zijn de werkgevers en het kabinet gemakshalve al uitgegaan van een nieuwe pensioenleeftijd. "De inperking via het verhogen van de pensioenrichtleeftijd naar 67 jaar zou een ernstige blokkade hebben betekend voor de pensioenonderhandelingen tussen sociale partners over juist de periode 2010/2020," aldus Jongerius.

 

Zij roept de werkgevers op om samen met de bonden te zoeken naar methoden om het pensioen op peil te houden. Door een stijging van de levensverwachting en het achterblijven van de AOW lopen de kosten op. De vergrijzing dwingt tot een defensievere beleggingsmix met een negatieve invloed op het beleggingsrendement.

 

Stabiliseren tweede pijlerpensioen

Bij veel pensioenfondsen is er naar de mening van Jongerius sprake van stijgende pensioenkosten: "Maar te gemakkelijk wordt de rekening volledig bij de deelnemers gelegd. Een deel van de problemen worden veroorzaakt door de geleidelijke uitholling of het smelten van de AOW. De overheid zou meer verantwoordelijkheid moeten willen aanvaarden voor het stabiliseren van het tweede pijlerpensioen. Dat kan door de AOW-uitkering op peil te houden. Maar ook door (meer) mogelijkheden te bieden om te kunnen beleggen in inflatiegerelateerde staatsobligaties."

 

Volgens de FNV-voorzitter kom je hoe dan ook in het aanvullend pensioen uit op een flexibele pensioenleeftijd. De komende 20 tot 30 jaren zullen steeds meer deelnemers stoppen tussen 65 en 70 jaar. Die keuze voor pensioen zal worden gemaakt op individuele afwegingen.

 

Jongerius wil een pensioensysteem dat:

• generatiebestendig is;
• usten en lasten rechtvaardig over alle generaties spreidt; en
• dat voor een goede pensioenopbouw voor zelfstandigen zonder personeel zorgt.