De Nederlandse beroepsbevolking is steeds minder bereid te verhuizen voor een (nieuwe) baan. Dit geldt voor zowel verhuizen binnen als naar buiten Nederland. Deze daling sluit aan bij de op slot zittende huizenmarkt in Nederland. Dit blijkt uit analyses onder 15.158 personen die in 2010 ondervraagd zijn in het Arbeidsmarkt GedragsOnderzoek (AGO) van Intelligence Group.
Meer dan de helft van de werkgevers overweegt om in 2012 over te stappen op de werkkostenregeling. Dat is een behoorlijke vermeerdering, aangezien momenteel ongeveer zo’n 5 tot 10 procent van de werkgevers op de werkkostenregeling is overgestapt.
Per medewerker kan 750 kilo CO2 per jaar gereduceerd worden door mobiel werken. Dit blijkt uit een onderzoek van adviesbureau DHV bij Vodafone Nederland.
Werknemers kiezen steeds meer voor een hybride als leaseauto. Op 1 januari 2010 waren er 39,3 duizend hybrides met een Nederlands kenteken. Bijna 70 procent meer dan een jaar eerder. Zes op de tien hybrides staat op naam van de zaak zo blijkt uit cijfers van het CBS.
Eigenaar Stefan Persson schenkt een aandelenpakket ter waarde van €108 miljoen aan een fonds voor zijn personeel. Persson wil daarmee werknemers die lang aanblijven financieel belonen met een extra uitkering.
In verband met de recessie moet een werkgever een werknemer ontslaan. Hij heeft toegezegd dat de werknemer na de recessie weer in dienst mag treden. Dit is alleen niet duidelijk vastgelegd.
HEMA is de eerste winnaar geworden van de Oudstanding Bloei Award. De Award is ingesteld door Oudstanding en wordt jaarlijks toegekend aan die organisatie die zich het meest inspant om het werken met vier generaties op de werkvloer te stimuleren en tot bloei te brengen. Er is echter er ook een hele andere publicatie over de HEMA in de pers gekomen…
Sinds 2001 is een werknemer in dienst bij een hamburgerketen als crew member voor een wisselend aantal uren met een minimum van vier uur per week. Hij werkt structureel meer dan de overeengekomen vier uur. Gelet op de gemiddelde omvang van zijn werkzaamheden over de periode maart 2009 tot en met februari 2010, vordert de werknemer achterstallig salaris omdat er sprake zou zijn van een arbeidomvang van 120 uur per maand. De werknemer beroept zich op artikel 7:610 b BW, waarin staat dat als een arbeidsovereenkomst ten minste drie maanden heeft geduurd, wordt aangenomen dat de bedongen arbeid in enige maand gelijk is aan de gemiddelde omvang van de arbeid in de drie voorafgaande maanden.
Het proces van flexibilisering van arbeid leidt tot complexe arbeidsverhoudingen en geeft continuïteitsproblemen in bedrijven. De werkgevers/werknemersverhouding verandert, het wordt onduidelijk wie welke taken heeft, hoe de verhoudingen tussen intern medewerker en externe kracht liggen en wie het merk gaan dragen. Om dit probleem op te lossen is denkkracht nodig.
Een werkgever zegt de arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd met een werknemer voortijdig op. De werknemer claimt dat er geen (geldige) tussentijdse opzegmogelijkheid is opgenomen in het contract. De kantonrechter vindt de woorden in de overeenkomst niet duidelijk genoeg en de werkgever moet tot aan het einde van het contract betalen.