Werkgevers blij met beperking fiscale aftrek pensioenpremies
Werkgeversorganisatie VNO-NCW pleitte voor een beperking van de fiscale aftrek van pensioenpremies. De vakbonden willen juist niets liever dan een reparatie van het AOW-gat, zodat werknemers eerder op hun pensioenniveau uitkomen. Tijdens de AOW-onderhandelingen met de Tweede Kamer zette het kabinet de beperking van de fiscale aftrekbaarheid van pensioenpremies stevig in. Met resultaat en tot vreugde van de werkgevers.
Het kabinet had dus oren naar het pleidooi van de werkgevers. De beperking van de fiscale aftrekbaarheid vermindert de jaarlijkse pensioenopbouw, zodat werknemers pas op hun 67ste jaar op het gewenste pensioenniveau uitkomen. Ook kunnen daardoor de pensioenpremies omlaag.
Fiscale aftrekbaarheid
De werkgevers kunnen nu hun vrees dat de vakbonden alle mogelijkheden van de fiscale aftrekbaarheid - geregeld in het zogenoemde 'Witteveenkader' - maximaal kunnen benutten, zodra de AOW-leeftijd verhoogt, laten varen. Werknemers zouden namelijk minder jaren nodig hebben om op hun gewenste pensioenniveau uit te komen. Het gevolg zou zijn, dat zij toch eerder dan op 67-jarige leeftijd zouden kunnen stoppen met werken en dat is bepaald niet bevorderlijk voor de stimulans om juist langer door te werken.
Ingangsleeftijd aanvullende pensioenen
Een reparatie van het AOW-gat door de vakbonden zou voor de werkgevers hoge kosten hebben meegebracht. De ondernemingsorganisaties VNO-NCW, MKB-Nederland en LTO Nederland vinden de verhoging van de AOW-leeftijd naar 67 jaar een moedig, verstandig en toekomstgericht besluit. Dat de ingangsleeftijd van aanvullende pensioenen ook naar 67 gaat is daar onlosmakelijk mee verbonden, aldus hun reactie op het AOW-akkoord.
Zwaar beroep?
De werkgevers zetten wel vraagtekens bij:
- een regeling voor wat over tien jaar nog als 'zwaar' beroep kan worden aangemerkt. Zij vinden dat dit voor bedrijven niet mag leiden tot dure, onrealistische en bureaucratische verplichtingen;
- de overgangsperiode van tien jaar. Dat had van de ondernemingsorganisaties nog wel wat ruimer gemogen (15 jaar), maar zij vinden het toch wel gunstig voor oudere werknemers. Wie nu 55-plusser is, kan op zijn 65e stoppen met werken.
Tip
Uitgangspunt van de aanpassing van het Witteveenkader is dat het fiscaal mogelijk moet zijn op 67 jaar een aanvullend pensioen op te bouwen dat dezelfde hoogte heeft als het bereikbare aanvullend pensioen op de huidige AOW-leeftijd. Nu de ingangsdatum van de AOW omhoog gaat, wordt de fiscale pensioenrichtleeftijd voor aanvullende pensioenopbouw daarop afgestemd en verhoogd naar 67 jaar. Als gevolg hiervan is sprake van twee extra opbouwjaren. Het fiscaal gefaciliteerde maximale opbouwpercentage per dienstjaar zal daarop worden afgestemd. De aanpassingen vinden overigens ineens plaats: per 1 januari 2020 bij de eerste verhoging van de AOW-leeftijd.
