Op 22 april 2010 vindt een overlegvergadering plaats, waarbij de ondernemingsraad wordt verzocht om advies uit te brengen. Op 13 mei 2010 laat de ondernemingsraad weten dat de kwestie eerst zal worden besproken in de vergadering van de ondernemingsraad van 18 mei 2010. Bij brief van 19 mei 2010 stelt de bestuurder dat de ondernemingsraad geen advies heeft uitgebracht en dat er in zijn optiek wel degelijk een redelijk termijn was gegeven om tot dat advies te komen. Vervolgens geeft de ondernemingsraad op 20 mei 2010 een negatief advies.

 

Informeren naar besluitvorming ondernemingsraad

De Ondernemingskamer oordeelt dat de bestuurder de noodzaak voor het uitbrengen van een advies tot uiterlijk 18 mei 2010 onvoldoende aan de ondernemingsraad heeft toegelicht. Bovendien moest het voor de bestuurder kenbaar zijn dat het uitbrengen van een advies voor 18 mei 2010 niet was te verwachten. Verder lag het op de weg van de bestuurder om op of na 18 mei 2010 bij de ondernemingsraad te informeren naar de stand van zaken met betrekking tot de besluitvorming alvorens een besluit te nemen.

 

Het besluit dat is genomen zonder advies van de ondernemingsraad af te wachten, is kennelijk onredelijk.

 

Tip: In zijn algemeenheid geldt dat een ondernemer die een voorgenomen besluit op grond van de WOR ter advisering aan de ondernemingsraad heeft voorgelegd, in beginsel pas mag overgaan tot het nemen van het besluit nadat het gevraagde advies is uitgebracht.

 

Ondernemingskamer Amsterdam, 26 november 2010, LJN BO5270