Logo
  • Nieuws
  • 17 juli 2012
  • mr. Ineke van de Pas, De Voort Advocaten - Mediators

Voorwaardelijk beëindigen activiteiten: OR niet-ontvankelijk

De onderneming Polymer Vision wil zijn activiteiten per 1 januari 2012 beëindigen en vraagt hierover advies aan de OR. Als gevolg van overleg wordt het voorgenomen besluit gewijzigd in die zin dat de activiteiten van het bedrijf met ingang van 1 mei 2012 worden beëindigd als op die datum de onderneming niet door een derde is overgenomen. De OR heeft daarop een positief advies uitgebracht, onder vermelding van een aantal voorwaarden. Polymer Vision heeft vervolgens aangegeven dat een voorwaardelijk positief advies niet acceptabel is, waarna de OR op 3 januari 2012 een positief advies uitbrengt.

Beeld Voorwaardelijk beëindigen activiteiten: OR niet-ontvankelijk

Volgens de OR heeft Polymer Vision aangegeven dat de activiteiten van het bedrijf per 1 mei 2012 worden beëindigd en dat serieuze inspanningen verricht worden om tot een succesvolle verkoop van het bedrijf aan een derde te komen, in welk kader zij zich flexibel opstellen zodat bedrijfssluiting voorkomen kan worden. De OR stelt dat Polymer Vision weinig tot niets doet om de door haar gedane toezeggingen na te komen en stelt dat wanneer deze feiten bekend waren ten tijde van het uitbrengen van het advies, hij dat advies niet zo zou uitbrengen zoals nu is gedaan. Ook stelt de OR dat Polymer Vision een nieuw besluit heeft genomen, te weten dat de activiteiten van de onderneming per 1 mei 2012 onvoorwaardelijk worden beëindigd. Polymer Vision stelt echter dat de OR niet-ontvankelijk is omdat het beroep is gericht op uitvoeringshandelingen, welke niet voor beroep vatbaar zijn. Ook op inhoudelijk vlak betwist Polymer Vision de stellingen van de OR.

 

Ondernemingsraad in ongelijk gesteld

Volgens de Ondernemingskamer is onvoldoende gebleken dat Polymer Vision ten tijde van het nemen van het besluit niet voornemens was te handelen in overeenstemming met dat besluit en met de toezeggingen die zij gedaan heeft. Volgens de Ondernemingskamer kan dan ook niet worden gezegd dat er reeds bestaande feiten kenbaar zijn geworden die aanleiding zouden kunnen zijn geweest om het advies niet uit te brengen zoals het is uitgebracht. Daarnaast is onvoldoende gebleken dat er een nieuw besluit is genomen dat zou inhouden dat Polymer Vision per 1 mei 2012 sowieso wordt gesloten. Een dergelijk nieuw besluit zou uit de feitelijke gedragingen van de ondernemer kunnen worden afgeleid, met name wanneer de gedragingen van het besluit afwijken zonder in het oorspronkelijk besluit gelegen grond. Daar is in het geval van Polymer Vision echter geen sprake van. Er is dan ook geen nader besluit in de zin van artikel 25 WOR genomen.

 

Ondernemingskamer Gerechtshof Amsterdam, 29 maart 2012, LJN: BW6582

 

Tip

Als ondernemingsraad moet je voorzichtig zijn met het geven van een positief advies onder bepaalde voorwaarden. De voorwaarden moeten SMART worden geformuleerd.

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.