Overheid, creëer een aantrekkelijk fiscaal opleidingsklimaat
IT-concern Atos nam onlangs een ingrijpend en bovendien dapper besluit. Het vroeg haar medewerkers om de komende twee jaar 10 procent aan loon in te leveren, waar dan tegenover staat dat zij kunnen meedoen aan een vrijwillig opleidingsprogramma. Het loonoffer moet niet alleen de opleiding van huidige medewerkers financieren, maar wordt ook aangewend om jong talent aan te trekken.
Atos noemt het opleidingstraject ‘Fit for the Future’ en geeft aan dat het noodzakelijk is om de razendsnelle veranderingen in de tech-sector het hoofd te bieden. Het bedrijf loopt er steeds vaker tegenaan dat de opleiding van medewerkers niet goed aansluit bij de vraag naar specifieke IT-diensten. Er is, zoals de onderneming zelf stelt, behoefte aan een disruptieve aanpak en die heeft nu vorm gekregen in het betaalde trainingsprogramma.
Vakbonden kritisch
Het is een voorbeeld van disruptie uit noodzaak, helaas. Het verrast dan ook niet dat de vakbonden zich direct kritisch - en zelfs verontwaardigd - uitlieten over het Atos-initiatief. Laten we echter vooropstellen dat het voorstel van Atos uiteraard niet voortkwam uit de behoefte om haar medewerkers te benadelen. Atos heeft zich van tevoren ongetwijfeld bedacht dat zij veel kritiek zou krijgen op dit plan, maar heeft zich tegelijkertijd gerealiseerd dat dit onvermijdelijk is. Het is absoluut niet uit te sluiten dat steeds meer Nederlandse ondernemingen de komende tijd in financiële zin een beroep moeten gaan doen op hun eigen mensen om veranderingen in de markt de baas te kunnen. Een hele belangrijke vraag in dit verband is dan ook: hoe gaat de overheid zich opstellen in deze discussie?
Fiscaal klimaat
Wat mij betreft staat vast dat de overheid zich inhoudelijk niet met opleidingsprogramma’s in het bedrijfsleven hoeft te gaan bemoeien. Dat kunnen ondernemingen uitstekend zelf. Wel zou het helpen als zij een fiscaal klimaat schept waarin ingrijpende maatregelen ‘zachter landen’, zowel aan werkgeverszijde als werknemerszijde en waarin het bovendien financieel aantrekkelijker wordt om opleidingsprogramma in te richten en opleidingen te volgen.
Geen alternatief
De kritiek van de vakbonden verrast als gezegd niet, maar stoort in die zin dat een alternatief niet wordt aangedragen. Het mag van de overheid worden verwacht dat zij zich proactief in de discussie mengt en daarbij wél met een aantal mogelijke oplossingen of verbeteringen komt. Of in ieder geval laat zien daarover mee te willen denken.