Logo
  • Nieuws
  • 18 maart 2015
  • Lianne Bouman

Leerwerkbedrijven huiveren van transitievergoeding

Verschillende sectoren vrezen dat leerbedrijven in het nauw komen door de transitievergoeding in het ontslagrecht. De transitievergoeding, die per 1 juli 2015 aan vertrekkende werknemers moet worden betaald, geldt ook voor het merendeel van de 129.000 mbo-leerplekken.

Leerbedrijven kunnen vanaf 1 juli aangeslagen worden voor een vertrekpremie van zo’n 2.000 euro per student. Een leerling die zijn studie heeft afgerond en geen baan krijgt bij zijn leerbedrijf kan daar in theorie aanspraak op maken.

Gevolgen transitievergoeding

Leerbedrijven hebben nu veel studenten, die uiteindelijk ergens anders aan het werk gaan. Een onduidelijke uitwerking kan slecht uitvallen voor de jeugdwerkloosheid. Het kan een prikkel zijn die leerbedrijven ertoe dwingt om alleen studenten aan te nemen die uiteindelijk een baan bij het bedrijf krijgen.

Weeffout

In 2014 hebben het ministerie van Sociale Zaken en MKB-Nederland al afgesproken dat opleidingskosten van de vergoeding afgetrokken mogen worden, zodat er uiteindelijk geen kosten zijn. Ondernemersorganisaties FME en NBOV hebben daar echter geen vertrouwen in en noemen het een weeffout. Het is nog onduidelijk welke kosten er precies afgetrokken mogen worden. NBOV maakt zich bovendien vooral zorgen of alle sectoren gebruik van de regeling kunnen maken. Het is niet voor iedereen even makkelijk om de kosten op een rij te zetten. In sommige sectoren kan het de plekken onbetaalbaar maken.

Raad van State

Het regelen van het aftrekken van de opleidingskosten van de vergoeding moet geregeld worden via een algemene maatregel van bestuur, maar die is nog steeds niet klaar: de zaak ligt nog bij Raad van State die er eerst advies over moet uitbrengen.

Producttips

Volg HR Praktijk

Word gratis lid en ontvang op dinsdag en donderdag het laatste HR-nieuws in uw mailbox! Én als lid krijgt u ook toegang tot exclusieve online artikelen.