Sazas ondersteunt BTL bij verbeteren duurzame inzetbaarheid

Uitvoerend werk
Met ruim 450 medewerkers hoort BTL tot de grotere groenvoorzieners van ons land. “Wij hebben een groot aantal specialismen in huis, op diverse niveaus; ecologen, tuin- en landschapsontwerpers, boomverzorgers, boomtechnisch adviseurs en natuurlijk hoveniers en groenvoorzieners”, vertelt Kim Donkers, HR-adviseur bij BTL. “Deze laatste groep is het grootst; zo’n driehonderd van onze medewerkers zijn echt buiten actief, in de uitvoering. Binnen deze groep zien we ook het meeste verzuim.”
Hoog verzuimpercentage
BTL ‘scoort’ volgens Donkers met een verzuimpercentage van circa zes procent behoorlijk hoog. “Maar hierbij moet ik wel aangeven dat wij ook echt ál het verzuim melden, zelfs als mensen één dag thuisblijven. Het overgrote deel van ons verzuim is griepgerelateerd. Op de tweede plek staan klachten aan het bewegingsapparaat; denk aan knie-, schouder- en rugklachten. Dit heeft alles te maken met het feit dat het werk van een hovenier c.q. groenvoorziener lichamelijk zwaar is.”
Werkplekonderzoek
Sinds enkele jaren is het verbeteren van de duurzame inzetbaarheid van medewerkers, en daarmee het beperken van het ziekteverzuim, een belangrijk aandachtspunt binnen BTL. “We wilden duurzame inzetbaarheid meer ‘inbedden’ in onze organisatie. Daartoe zijn we in eerste instantie in gesprek gegaan met Sazas en hun samenwerkingspartner Stigas. Sazas heeft toen onder meer een werkplekonderzoek uitgevoerd, om te kijken hoe we de werkomstandigheden konden verbeteren. Daarop hebben we onder meer verstelbare zit-stabureaus aangeschaft. En in de buitendienst zijn bijvoorbeeld werkmethoden aangepast en gebruiken we nu bepaalde hulpmiddelen en aangepast handgereedschap.”
In gesprek over duurzame inzetbaarheid
Daarnaast ging BTL met haar medewerkers in gesprek over het thema duurzame inzetbaarheid. Doel was vooral om duidelijk te maken dat zo lang mogelijk fit en gezond aan het werk blijven een gezamenlijke verantwoordelijkheid is, van werkgever én medewerker.
“Om hier aandacht voor te vragen, organiseerden we bijvoorbeeld speciale bijeenkomsten voor de buitenmedewerkers. Hierbij vertelden we over de verzuimrisico’s in de diverse leeftijdscategorieën. Zo zien we dat jongere medewerkers vaak moeite hebben met de balans tussen werk en privé.”
In de bijeenkomsten werd ook aangegeven wat medewerkers zélf kunnen doen om hun duurzame inzetbaarheid te verbeteren. “Denk aan een gezondere leefstijl en verantwoordelijkheid nemen als het gaat om veilig werken. Wij bieden onze medewerkers bijvoorbeeld diverse arbovriendelijke hulpmiddelen aan, maar die moeten ze dan wel ook gebruiken. Dit bewustzijn wilden we stimuleren. De tijd dat een hovenier tegen zijn baas zei: ‘ik kan mijn werk niet meer aan, los jij het maar op’ is definitief voorbij. Duurzame inzetbaarheid is iets waar we samen aan moeten werken. En dat doen we vooral door met elkaar in gesprek te blijven over dit thema.”