Het Fiscaal Economisch Instituut van de Erasmus Universiteit heeft in het kader van een samenwerkingsverband (NEMACC) tussen de Erasmus Universiteit en de Nederlandse Beroepsorganisatie van Accountants (NBA) een onderzoek verricht naar de toepassing van de werkkostenregeling. Het onderzoek vond plaats aan de hand van literatuur en een rondetafelbijeenkomst.

De onderzoekers concluderen dat deze regeling voor het midden- en kleinbedrijf veel nadelen oplevert. Van de ‘kleinere werkgevers’ is tot op heden nagenoeg niemand overgestapt op de werkkostenregeling met uitzondering van een enkele dga zonder personeel. Bij de ‘grotere werkgevers’ ligt het percentage dat per 1 januari 2014 is overgestapt op de werkkostenregeling tussen de 10 – 20 procent. Dit is volgens de onderzoekers in lijn met het landelijke beeld dat uit de door het ministerie van Financiën uitgevoerde tussentijdse evaluatie van de werkkostenregeling is af te leiden.

Greep uit de knelpunten

1. Door het relatief lange overgangsregime (vier jaren) bestaan er tijdelijk twee systemen naast elkaar , hetgeen voor onnodige complexiteit en uitvoeringslasten zorgt.
2. Het loonbegrip zoals dat sinds 1 januari 2011 geldt, leidt in de praktijk tot onduidelijkheid. Het sluit niet altijd aan bij dat wat maatschappelijk als loon wordt ervaren. Dit vergroot de kans op kwalificatiefouten.
3. Het werkplekbegrip en de reikwijdte van de nihilwaarderingen leiden met name bij ambulante werknemers en thuiswerkers tot problemen en ongelijke behandeling.
4. Het gebruikelijkheidscriterium is een onduidelijk en in de praktijk onuitvoerbaar criterium (zie bericht Actal stelt ruimere overgangsregeling WKR voor).
5. Het feit dat in bepaalde situaties (bijvoorbeeld bij startende ondernemingen) de vrije ruimte verplicht per aangiftetijdvak moet worden berekend en er geen eindafrekening na afloop van het kalenderjaar plaatst vindt, is onevenwichtig.
6. De operationele kosten van de werkkostenregeling lijken veelal niet lager dan de operationele kosten van het regime voor vrije vergoedingen en verstrekkingen.

Teveel problematiek

Het is in elk geval niet wenselijk dat de regeling uiterlijk ingaande 2015 door alle werkgevers moet zijn ingevoerd. Een verdere verlenging van de overgangsperiode zoals die nu geldt is zeer wenselijk. Deze moet worden gecontinueerd zolang geen sprake is van een definitieve oplossing van de problematiek. De onderzoekers doen overigens ook aanbevelingen voor meer structurele oplossingen.

Masterclass Werkkostenregeling

Wees voorbereid! De invoering komt sowieso dichterbij en gezien de voorbereidingen die getroffen moeten worden, is het nog maar kort dag. Zeker als het arbeidsvoorwaardenpakket afgestemd moet worden op de nieuwe regeling en deze aanpassing overleg behoefd met de OR. Ook voor de inrichting van de financiële administratie is tijd nodig. Volg daarom de Masterclass Werkkostenregeling. Het geeft u inzicht in uw huidige vergoedingen/verstrekkingen en genereert besparingsmogelijkheden. Na de Masterclass weet u wat u te wachten te staat, hoe u de financiële gevolgen in kaart dient te brengen. Zo kunt u een gedegen start maken bij deze belangrijke overgang. Meer informatie